Ballenvangers

Het gericht leren gooien van een bal, zodat deze gevangen kan worden (onder tijdsdruk).

Toelichting

Verdeeld de groep in teams van 2 of 3 spelers. Elk team heeft een eigen pion op de lijn van het vak. Verspreid door het vak liggen hoepels: dichtbij, ver weg en soms zelfs achter obstakels.

Het eerste kind in de rij sprint naar een hoepel. Het tweede kind in de rij gooit de bal zo dat deze door het kind in de hoepel gevangen kan worden. Lukt dit? Dan mogen ze de hoepel meenemen naar hun team.

Lukt het niet? Dan haalt het kind in de hoepel de bal weer op en rent terug naar zijn team. Het kind dat in de hoepel stond sluit achter aan in de rij.

Zorg dat dit spel uitdagend blijft door aan nieuwe rondes variaties toe te voegen (kijk hiervoor bij de groepen). Welk team verzamelt de meeste hoepels?

Zonder wedstrijdelement: probeer als één groep alle hoepels weg te spelen. Wordt er twee keer achter elkaar gemist, dan moet er een hoepel teruggelegd worden. Krijgen ze het veld leeg?

Benodigdheden

  • 3 obstakels (bijvoorbeeld: een kast, bok, korfbalpaal, trapezoïde, turnblok, etc.)
  • 12 hoepels (in 3 kleuren)
  • 3 pionnen (hoedjes)
  • 3 volleyballen (foamballen)
  • 3 tennisballen (groep 7&8)

Aandachtspunten

Dit spel draait om snelheid. Merk je dat kinderen daardoor geen oog hebben voor de andere spelers, voeg dan een extra regel toe. Loop je in de weg, en raak je daardoor een bal van het andere team, dan moet je een hoepel inleveren.

Let op de verdeling van de teams, voorkom dat alle sterke gooiers / vangers in één team terechtkomen.

Groep 3 & 4

Start het spel eenvoudig door de hoepels minder ver weg te leggen. Verplaats ze in volgende potjes pas verder naar achteren als je merkt dat de kinderen dit aan kunnen.

Variatie: Verover je een hoepel? Dan mag je deze tegen jullie pion aan leggen. De volgende mag de bal vanuit die hoepel gooien. Zo staat jullie team steeds iets verder voor de lijn!

Groep 5 & 6

Start het spel volgens de standaard regels. Breid dit later uit door punten aan de hoepels toe te voegen. Zorg dat rode hoepels ver weg of achter obstakels liggen. Plaats groene hoepels juist dichtbij. Een rode hoepel is 3 punten, geel 2 punten en groen 1 punt. Welk team scoort de meeste punten?

Variatie: Lukt het ook om de bal met één stuit naar de andere speler te gooien?

Groep 7 & 8

De rode hoepels zijn dubbele punten waard. Welk team weet de meeste punten te verzamelen. Loopt het spel goed? Kijk dan ook eens hoe het gaat als de werpers dit met hun niet-voorkeurshand doen. Gaat het met een volleybal gemakkelijk? Gooi dan ook eens met een tennisbal!

Variatie: Heeft een team drie of meer hoepels in bezit? Kijk dan uit! Lukt het niet om de bal te vangen? Dan moet je een hoepel terugleggen in het veld.

Lessenplan gratis uitproberen?